Ik weet altijd dat er dingen niet ‘mogen’ maar ik vergeet vaak wat dan juist wel/niet. Gebakje en taartje, daar is ook iets mee, maar ik weet niet meer welke nou goed is en welke fout. En wat ik altijd gek vind is dat je juist wc moet gebruiken volgens de keurige mensen, omdat toilet alleen gebruikt wordt door mensen die chic willen doen (en het dus niet zijn). Vermoeiend hoor. En leuk, dat vooral ook. 🙂 Mag ik nu metop vakantie?
Leven-de-taal!
- Door: Doeneke
- Categorie: Doeneke Erudiet
“Het is [óto]!” verbeterde mijn schoonmoeder mij. Een half uur nadat ik voor het eerst kennis met haar had gemaakt en haar vertelde over mijn rit met de [auwto].
Een paar weken later ontmoette ik de moeder van mijn schoonmoeder. Zij liet zich ‘grootmoeder’ noemen. Grootmoeder klaagde over de rode [oto] die aan de overkant van de laan danig haar uitzicht bedierf. Ik zag geen overkant van de straat – ik bedoel laan. Ik tuurde ingespannen over haar, twee voetbalvelden grote, gazon. Ik zag het rode gevaar nog steeds niet. “Kijk dan, dáár!” zei grootmoeder ongeduldig. En inderdaad, met het blote oog ternauwernood zichtbaar, schuilde in een volle manshoge haag – die haar landgoed van een tweede groene strook scheidde – een minuscuul puntje rood van die storende [oto] aan de overkant. Het bleek geen grapje van grootmoeder, maar blasé.
Ik vertelde grootmoeder dat we [op] vakantie gingen. “Het is [met] vakantie!” werd ik streng verbeterd. Sindsdien gebruik ik ‘[oto]’ en daarmee ga ik ook ‘[met] vakantie’. Zo val ik niet uit de toon bij mijn schoonfamilie.
Nu blijkt dat je al sinds 1899 ‘[auwto]’ en sinds 1946 ‘[op] vakantie’ mag zeggen. Ik was dus niet bezig met taalverloedering, maar slechts met taalverandering. En taalverandering is een hele normale en levendige ontwikkeling, opdat ‘de taal als communicatiemiddel meegaat met de veranderende behoeftes van de gebruikers’.
Het wordt tijd dat het taalgebruik bij mijn schoonfamilie moderniseert. Ik lever daaraan mijn bijdrage door, quasi nonchalant, ‘als en dan’ door elkaar te gebruiken … Kromme tenen alom. Echter … ruimte voor verandering is beter als stilstaan!
Taal doen leven – Doeneke wil ’t proberen!