Ik betreed het kantoor van Joke. Ik voel me meteen als een kind in een snoepwinkel. Overal staan boeken. Een grote verzameling van kinderboeken, biografieën, en heel veel andere boeken. Boeken die Joke zelf leest, schrijft, recenseert, jureert, redigeert en uitgeeft.
Joke’s kantoor bevindt zich in de garage naast haar huis. De garage is omgetoverd tot een zitkuil met een enorm – over de volle lengte – raam met uitzicht op de tuin. Vanaf het bureau aan het raam ziet ze de planten groeien. De plantjes staan nu nog op ooghoogte. En straks groeien de planten tot ver boven Joke’s hoofd en waant ze zich – vanaf haar bureaustoel – in een wildernis. Een waar thuiswerkparadijs!
Joke is 76 jaar en geniet nog altijd van het veelzijdige boekenvak. Boeken zijn voor haar échte boeken en geen e-boeken. Want voor haar is een boek een gebruiksvoorwerp. Ze adviseert dan ook: “Maak plezier met een boek. Verlies je in een boek. Zet streepjes, notities en vouw gerust het hoekje van een bladzijde om.”

Wat deed je in je professionele leven?
Ik studeerde Nederlands en Algemene Literatuurwetenschappen. En ik verdiepte mij in de jeugdliteratuur. Ik onderzocht de jeugdliteratuur in verschillende landen en taalgebieden. Fascinerend. Ik heb altijd gevochten voor het kinderboek. Want jeugdliteratuur is prachtig! Het haalt het beste uit taal en uit ideeën. Ook het niveau van kinderboekenschrijvers is heel hoog. En omdat een kinderboek van generatie op generatie gaat, is jeugdliteratuur tijd- en leeftijdloos. En zo is er altijd behoefte aan jeugdliteratuur.
Na mijn studies werkte ik als docent Nederlands op middelbare scholen. En aan de Hogeschool voor Kunsten en de Schrijversvakschool gaf ik les in ‘schrijven voor kinderen’. Kennis en verwondering overdragen met lesgeven blijft leuk. Nog altijd geef ik les in buurthuizen.
Als bijverdienste schreef ik stukjes over volwassenen- en kinderboeken in kranten en vakbladen.
Ik ben een bezige bij en heb altijd veel verschillende boekenclubjes opgericht en gerund. Voor veel werkzaamheden verdiende ik geen geld. Maar dat vond ik niet erg.
Ik schreef diverse boeken en bekwaamde me in het schrijven van biografieën. Over levende- en overleden mensen. In 1990 kwam mijn eerste biografie uit. Ik schreef er in totaal zes. En ik schreef mee aan een aantal ‘deelbiografieën’. Een biografie is een mooie manier om een tijdsgewricht door te geven. Het lezen van een biografie voed je zeer. Het schrijven van een biografie is recherchewerk. Je onderzoekt en bevraagt alles van heel dichtbij totdat je iemand echt grijpt. Het is fantastisch en ook heel intensief werk. Met een biografie ben je wel vijf jaar bezig. Voor deze inspanning ben ik nu te oud: dat mag een volgende generatie doen.
Sinds 2014 run ik, met mijn echtgenoot Barend, uitgeverij Schaep14. Nu houd ik me met name met egodocumenten bezig. De auteurs begeleid ik bij het schrijven van hun boek over een onderwerp waarmee zij een nauwe verwantschap hebben. Ik redigeer de teksten en de auteur maakt daar dan vervolgens weer zijn eigen tekst van. Is het boek klaar, dan geef ik het uit. En daarbij zorg ik voor publiciteit. Dit is erg leuk en dankbaar werk.
Ook ben ik nog lid van diverse jury’s, zoals de penseeljury (voor illustraties in kinderboeken) en de Anton Wachterprijs (voor beste romandebuut van afgelopen twee jaar). Bijzonder fijn werk!

Stel je zet de tijd terug en je staat weer aan het begin van je loopbaan. Wat zou je anders doen?
Ik ben toevallig in dit vak gerold. Vroeger wilde ik iets met theater of acteren doen. Misschien had ik dat wat meer kunnen uitbouwen. Maar ach, ik heb een rijk en gevarieerd beroepsleven en ben een tevreden mens.
Wanneer en hoe eindigde je laatste werk?
Mijn werk is nooit opgehouden. Gelukkig komen er steeds nieuwe projecten waar ik me in kan verdiepen. Als schrijver en als uitgever.
Wat mis je uit je werkperiode?
Ik heb veel als zelfstandige gewerkt. En dan mis je soms het team van collega’s zoals je dat hebt op een reguliere school of universiteit.
Hoe ziet je leven eruit nadat je stopte met je werk?
De grens tussen privé en professie is bij mij nooit afgebakend geweest. Ik heb altijd de ruimte gehad om mijn leven flexibel in te richten. Heel fijn.
Is je leven na werk zoals je verwachtte/ hoopte?
Voorheen las ik elk boek uit. Maar nu ik ouder ben, mag ik van mijzelf gewoon stoppen met een boek als ik het niet goed vind.
Ik vind ik de oude dag toch minder aantrekkelijk dan het van buiten lijkt. Mijn echtgenoot heeft steeds meer verzorging nodig. Zo lang ik het kan, zet ik mijn werk voort. Want dat werk voedt mij; ik kan er in vluchten en het verrijkt mij. Ik word er blij van!

Welke toegevoegde waarde van jou wordt nu niet/ onvoldoende benut? Hoe kan deze wel worden benut?
Ik ben heel dankbaar voor alles wat ik nu nog kan doen.
Alles opgeteld: hoeveel leefpret heb jij?
Ik geef mijn leefpret een dikke 8. Een leuk, mooi en vol cijfer.
Wat zou bovenstaand cijfer verhogen?
Ik ben tevreden met mijn leeftijd, maar die haken en ogen steken wel een beetje.
Wat is/ zijn jouw ultieme werk- en/of leefpret-tip(s)?
Lees! Boeken bieden je alle kanten van het leven aan. Lezen maakt je rijk, creatief en genuanceerd. En doe iets concreets buiten; ga bijvoorbeeld tuinieren.
Hoe moeten we (beter) omgaan met mensen ‘over de datum’?
We moeten niet moeilijk doen over lang blijven werken. Oudere mensen zijn interessant en inspirerend. Zoek zelf uit wat je prettig vindt.
Lees! – Doeneke wil ’t proberen!